Reimerswaal debatteert over nieuwe APV

De belangrijkste verordening van de gemeente, de algemene plaatselijke verordening (afgekort APV) komt meestal om de 5 jaar terug op de vergadertafel van de gemeenteraad. Dat is de verordening die alle regels bepaald over openingstijden, geluid, evenementen, vergunningen etc. Ook deze maanden staat de herziening van de APV weer op de agenda. Tijdens de vergadering van 23 september voerden we daarover het eerste debat met de gemeenteraad. 

Met name op het gebied van geluidshinder zijn er wat ons betreft goede stappen gemaakt en zijn er concrete getallen genoemd in plaats van bijvoorbeeld algemene termen als ‘het ondervinden van geluidshinder’ wat heel subjectief is en voor iedereen ook verschillend te interpreteren is. Het is duidelijk voor onze inwoners en het grote voordeel is dat er beter gehandhaafd kan worden. We hebben gevraagd of BOA's ook uitgerust zijn met de juiste apparatuur om direct overtredingen te kunnen constateren.

Heeft de BOA apparatuur om metingen te kunnen verrichten? En zo ja, gaat het college ook sturen om hierop te handhaven?

Antwoord: De BOA heeft geen apparatuur om geluidsmetingen te kunnen uitvoeren. Daarnaast is specifieke kennis nodig voor het adequaat kunnen doen van metingen. Kennis die niet bij de BOA’s kan worden opgelegd.

Op het gebied van privé feesten is er wat de SGP betreft nog wel wat te verbeteren. We hebben daarover ook vragen gesteld. 

Hoe denkt college deze artikelen te kunnen handhaven bij bijvoorbeeld privé feesten?

Antwoord: Van geval tot geval zal moeten worden nagegaan in welke situatie en gedurende welke tijden sprake is van geluidhinder, en welke maatregelen kunnen worden genomen. Daarbij dient men erop bedacht te zijn dat de hinderbeleving subjectief kan zijn. De perceptie van geluid als hinderlijk varieert immers per persoon. Wat de een niet eens opmerkt, kan voor de ander enorm storend zijn. Om die reden is een zekere mate van (geluids)hinder altijd onvermijdelijk en dient volgens vaste jurisprudentie ook geaccepteerd te worden. Uiteraard treedt het bevoegd gezag wel handhavend op bij excessen (sprake van onrechtmatige hinder). Er is sprake van een exces of onrechtmatige hinder bij geluidsoverlast wanneer het ernstig, aanhoudend en buitensporig is en het normale woongenot aantast, verder dan de hinder die men redelijkerwijs moet tolereren. Eén enkele melding is onvoldoende om een exces aan te kunnen tonen. De klacht moet zich dus herhalen zodat het bevoegd gezag de overlast kan vaststellen. In sommige gevallen moet het bevoegd gezag een dossier opbouwen om tot de conclusie te komen dat er sprake is van onrechtmatige overlast. Als er meerdere meldingen komen van omwonenden, kan dat sneller leiden tot vaststellen van overlast. Verder geldt bij voor eenieder het bepaalde in artikel 431 Wetboek van strafrecht. Het zogenaamde burengerucht-artikel. Wanneer in de nachtelijke uren sprake is van grote overlast van radio, muziekboxen of muziekinstrumenten, kan de politie bij een melding hiervan een proces-verbaal opmaken of radio, boxen en muziekinstrumenten in beslag nemen.

Als overlast ervaren wordt, waar kan dit gemeld worden? Wat is het proces als er een melding binnenkomt van geluidsoverlast?

Antwoord: Inwoners die geluidsoverlast ervaren door een horecagelegenheid of ander bedrijf, kunnen contact opnemen met de Milieuklachtenlijn van de RUD Zeeland via het nummer 0118-412323. Dit nummer is bedoeld voor het melden van spoedeisende milieuklachten, zoals geluidsoverlast. Als de overlast van geluid zo hevig is dat ingrijpen van de politie nodig is, dan moet men contact opnemen met de meldkamer van de politie. Echter, de politie kan alleen optreden als er sprake is van een strafbaar feit. Ervaart een inwoner geluidsoverlast door zijn/haar buren, dan moedigen wij de inwoner in eerste instantie aan om eerst zelf met de buren te praten over de overlast die zij ervaren. Helpt dit niet? Dan kan de inwoner de geluidsoverlast melden bij de gemeente via Fixi. In het geval er sprake is van acute geluidsoverlast, kan de inwoner tijdens kantoortijden contact opnemen met de gemeente via het nummer 0113 395 000. Is de geluidsoverlast buiten kantoortijden acuut? En is politie-inzet noodzakelijk? Dan kan de inwoner contact opnemen met de meldkamer van de politie.

Daarnaast zouden we in de APV ook graag wat meer kaders aangeven voor privé feesten en dan gaat het met name over het aantal feesten en tot hoe laat er muziek muziek gedraaid mag worden wat voor overlast kan zorgen in de nabije omgeving. We zijn voornemens een amendement (wijzigingsvoorstel) hiervoor in te dienen bij het vaststellen van de APV. 

In de APV is niets opgenomen over het verbieden van Halloween en hoewel we beseffen dat er mensen zijn die hier anders over denken, menen wij toch dat het vieren van Halloween niet gepast is in de openbare ruimte. We hebben daarbij ook verwezen naar een persoonlijke ervaring waarbij kinderen tijdens een boswandeling erg geschrokken waren van een afbeelding van dit feest. Ook vinden wij dat de Bijbel ons geen ruimte biedt om dit feest te vieren, omdat juist in de Bijbel gewaarschuwd wordt tegen magie, waarzeggerij en het oproepen van geesten. Daarnaast legt Halloween de nadruk op duisternis, angst en dood, terwijl de Bijbel juist heel positief hoop en liefde tot God en je naaste geeft door het geloof in De Heere Jezus Christus. 

Geeft de APV mogelijkheden om ‘Halloween activiteiten’ in de openbare ruimte te verbieden, of kan dit op een andere wijze in APV geregeld worden?

Antwoord: Het is niet mogelijk om Halloween (gerelateerde) activiteiten in de openbare ruimte bij voorbaat te verbieden. Halloween-gerelateerde activiteiten worden door een deel van de samenleving vrijwillig georganiseerd. Afhankelijk van de aard en omvang van de activiteit moet de organisator mogelijk een melding doen of een vergunning aanvragen bij de gemeente, bijvoorbeeld een evenementenvergunning wanneer de activiteit als evenement wordt aangemerkt. De gemeente toetst een melding of vergunningaanvraag aan algemene weigeringsgronden, zoals het belang van de openbare orde, openbare veiligheid, volksgezondheid en het milieu. Daarnaast wordt de activiteit beoordeeld aan de hand van de specifieke vergunning- of meldingscriteria die van toepassing zijn (bij evenementen bijvoorbeeld de artikelen 2:24 en 2:25 van de APV en de nadere evenementenregels). Het uitgangspunt is dat de gemeente niet stuurt op het soort en de inhoud van activiteiten; dit gebeurt alleen in zeer uitzonderlijke situaties. Dit kan het geval zijn wanneer de activiteit een zware milieubelasting veroorzaakt, in strijd is met de wet, of wanneer de openbare orde en veiligheid in het geding zijn. Dit is in het geval van Halloween niet per definitie aan de orde.

Antisemitisme
Een punt wat ons zorgen baart is antisemitisme, in het openbaar maar zeker ook online. Antisemitisme is haat of discriminatie tegen Joden, in welke vorm dan ook. Ik denk niet dat het hier de plaats is om een discussie over Israël te beginnen, toch baart dit ons wel zorgen. In principe is discriminatie, waaronder antisemitisme, al verboden op grond van landelijke wetgeving. Wel kunnen we op gemeentelijk gebied een aantal zaken opnemen die helpen bij het tegengaan van discriminatie en het handhaven van de openbare orde:

1. Bijeenkomsten te verbieden als er sprake is van haatzaaien of dreiging van antisemitische uitingen
2. Handhaving rondom graffiti of symbolen met antisemitische uitingen
3. Beleidsregels opstellen waarin wordt vastgelegd dat de gemeente actief optreedt tegen discriminatie (bijv. een meldpunt, actief samenwerking zoeken met politie)

Antisemitisme rechtstreeks strafbaar stellen in de APV is niet mogelijk, maar wel kunnen we dus via de APV en aanvullend beleid ondersteunende regels en maatregelen vastleggen die helpen antisemitisme in de openbare ruimte tegen te gaan. Graag willen we ook dit met een amendement in de APV opnemen.

In de APV zouden we ook willen opnemen dat het college de mogelijkheid heeft om rond de jaarwisseling camera’s te plaatsen in de gebieden waar veel overlast van vuurwerk ervaren. Met andere partijen hebben we hier ook een motie over ingediend jaren geleden en nu willen dit ook graag in de APV opnemen.

Geeft de APV de ruimte om rond de jaarwisseling camera’s te plaatsen in de openbare ruimte?

Antwoord: Nee, artikel 2:77 geeft deze ruimte niet. Artikel 151c Gemeentewet is de wettelijke grondslag voor de inzet van cameratoezicht door de burgemeester. De bevoegdheid tot het inzetten van dit artikel door de burgemeester is door de raad gegeven middels artikel 2:77 APV. Voorwaarde is dat cameratoezicht noodzakelijk is voor het handhaven van de openbare orde (artikel 151c lid 5 Gemeentewet). Hierbij ziet noodzakelijkheid onder meer op proportionaliteit en subsidiariteit. Preventieve werking is derhalve geen wettelijke grondslag waarop cameratoezicht mag worden ingezet. Op 30 oktober 2023 heeft er een overleg vuurwerkoverlast plaatsgevonden. Tijdens dit overleg hebben de leden van de raadswerkgroep vuurwerkoverlast aangegeven een wens te hebben tot het inzetten van cameratoezicht gedurende de gehele maand december 2023 ten behoeve van het bestrijden van vuurwerkoverlast. De memo die naar aanleiding van deze wens is opgesteld, treft u bijgaand aan.

Kan artikel 2:78 lid 2 dusdanig aangepast worden om overlastgevers rond de jaarwisseling een gebiedsverbod op te leggen voor de volgende jaarwisseling? 

Antwoord: Het is niet mogelijk om een gebiedsverbod of gebiedsontzegging op te leggen aan overlastgever voor de volgende jaarwisseling. Indien er kort voor een aankomende jaarwisseling signalen zijn dat er sprake is van een ernstige vrees voor de verstoring van de openbare orde, kan onder bepaalde omstandigheden door de burgemeester worden besloten om een verbod of meldplicht op te leggen. Dit is een zeer uitzonderlijke situatie. Voor meer informatie over de gebiedsontzeggingen en gebiedsverboden in de gemeente Reimerswaal wordt verwezen naar de Beleidsregels gebiedsontzeggingen en gebiedsverboden regio Oosterscheldebekken - gemeente Reimerswaal 2025 | Lokale wet- en regelgeving . Hierin staat onder welke omstandigheden (dus ook bij herhaling) een verbod/ontzegging (dus ook tijdens de jaarwisseling) mag worden opgelegd.

In artikel 4:6a wordt gesteld dat het toegestaan is om een knalapparaat te gebruiken onder voorwaarden. Wat is de bedoeling van lid g?

Antwoord: Deze regel is beleidsneutraal overgenomen uit de huidige APV. Voor het voorkomen van wildschade aan de oogst in de groente- en fruitteelt zijn preventiemiddelen in verschillende categorieën beschikbaar. Hierbij kan gedacht worden aan akoestische middelen (knalapparaten), visuele middelen, geur- en smaakstoffen en afscherming van de gewassen. De regels in artikel 4:6a van de APV hebben betrekking op de knalapparaten. Knalapparaten zijn een efficiënt preventiemiddelen omdat ze schrikreactie veroorzaken. Enerzijds is deze voorwaarde opgenomen ter bescherming van de omwonenden, die last ondervinden van de knalapparaten, anderzijds is deze voorwaarde opgenomen ter vermeerdering van de effectiviteit van de knalapparaten (verplaatsing ter voorkoming van gewenning).

Raadslid Wilko Zandee heeft hierover het woord gevoerd tijdens de raadsvergadering