3 januari 2014
Nr.1 J.P. (Jaap) Sinke, SGP Kandidatenlijst 2014
Op 12 december hebben de leden mij opnieuw aangewezen om bij de komende gemeenteraadsverkiezingen op te treden als lijsttrekker voor de SGP. Fijn, dat we dit vertrouwen van de achterban weer hebben gekregen. Immers, zonder vertrouwen zou ik niet kunnen werken.
Hoewel mijn achternaam echt Zeeuws klinkt, ben ik geen Zeeuw van geboorte. Na de watersnoodramp van 1953 zijn mijn ouders met hun vier zonen namelijk naar de Noordoostpolder vertrokken, om daar een nieuw bestaan op te bouwen. In de zomer van 1956 ben ik dan ook op de bodem van de voormalige Zuiderzee geboren en ben ik op een boerderij opgegroeid. Dat verklaart ook meteen mijn grote interesse voor de agrarische sector. Nog steeds houd ik de prijzen van de uien en aardappelen bij! Overigens hadden we ook een kleine veestapel: koeien, meststieren, kalveren en een paard. Uiteraard werd het geheel bewaakt door een Zeeuwse hond.
Na de Havo in Emmeloord te hebben doorlopen, vertrok ik in 1973 naar ‘De Driestar’ te Gouda om daar voor ‘schoolmeester’ te gaan leren. Dat waren prachtige jaren en met veel waardering kijk ik erop terug. Soms grijp ik nog wel eens naar de studieboeken uit die jaren! Op ‘De Driestar’ zijn ook interkerkelijke vriendschappen ontstaan, die nog steeds bestaan.
In 1976 werd ik benoemd aan de Johannes Calvijnschool te Wekerom, gemeente Ede. Vijftien maanden later leidde de weg naar Krabbendijke, waar ik een benoeming aan de Julianaschool had gekregen. Tot 2006 heb ik daar met heel veel plezier gewerkt: bijna 27 jaar als onderwijzer en ruim 2 jaar in een directiefunctie.
Hoe ik in de politiek verzeild ben geraakt, is een verhaal apart. In februari 1979, we waren toen net een half jaar getrouwd, stond er in het Reformatorisch Dagblad een oproep voor een regiocorrespondent. Daar heb ik op gesolliciteerd en met de sollicitatiecommissie (één persoon!) klikte het meteen. Al spoedig volgde dan ook mijn aanstelling.
Op 27 maart 1979 bezocht ik voor de eerste keer een vergadering van de gemeenteraad. En mijn eerste stukje in het RD, op 29 maart, ging over de instelling van een weekmarkt in Yerseke. Een maand later betrof het een bericht over de bouw van ongeveer 25 woningen in Oostdijk en in mei schreef ik een ‘snipper’ over de start van de buurtbus te Waarde.
Al spoedig breidde het werkgebied zich uit met de gemeenten Kapelle en Borsele en ook daar bezocht ik met enige regelmaat de gemeenteraadsvergaderingen.
In 1994 belandde ik in de gemeenteraad en in 2006 ben ik de heer Bliek als wethouder opgevolgd. Hoewel ik de raadsvergaderingen al vanaf 1979 had gevolgd en twaalf jaar als raadslid had gediend, was dat toch wel even wennen. Voortaan moest je iedere dag een aantal beslissingen nemen. Omdat mijn collega’s een enorme voorsprong in kennis hadden, heb ik die jaren enorm veel moeten lezen. En dat doe ik nog! Dossierkennis is namelijk erg belangrijk. Echter, je kunt niet alles weten en dat hoeft ook niet. Wat zeker zo belangrijk in ons beroep is, is een goede verhouding met je medebestuurders, de directie, de ambtenaren en de gemeenteraad. En gelukkig is die verhouding goed!
Het wethouderschap is een mooie baan. Ik zeg wel eens: Het is heel boeiend en soms ook heel vermoeiend! Boeiend, omdat je ieder uur van de dag met iets anders bezig bent. Vermoeiend, omdat je na een drukke werkdag soms avond aan avond op pad bent. Het mooie van ons beroep is, dat je soms iets voor anderen kunt betekenen. Het geeft enorm veel voldoening als je ingewikkelde kwesties of moeilijke vraagstukken tot een goed einde weet te brengen of als je burgers of bedrijven echt verder kunt helpen. Dat is voor mij genieten! Daar doe je het voor. Maar, eerlijk is eerlijk, soms lukt iets niet en moet je mensen teleurstellen. Soms kúnnen zaken gewoonweg niet en moet je plannen afwijzen. Dat is lastig en vervelend, maar door zaken goed uit te leggen, hebben de meeste mensen er dan gelukkig wel begrip voor.
Of ik na acht jaar wethouderschap nog steeds gemotiveerd ben voor deze functie? Voor honderd procent! Hoewel teleurstellingen soms mijn deel zijn, blijf ik daar meestal niet te lang bij stil staan. Daar schiet je ook niets mee op. Ik kijk liever naar wat er wél gelukt is. Daarnaast is het absoluut een voorrecht om de SGP te mogen vertegenwoordigen in het college van b en w en uitvoering te geven aan ‘een vaste koers’. Allereerst de vaste koers van het Woord van God, de Bijbel. Daarmee heeft de oudste politieke partij van ons land een eeuwenoud fundament. En ook een vast fundament! Daarnaast houd ik er niet van om de ene week zo te beslissen en de andere week weer anders. Beleidsmatig ga ik dus ook voor ‘een vaste koers’.
Of het niet verleidelijk is om in verkiezingstijd allerlei beloften te doen? Natuurlijk is dat verleidelijk! Maar… zaken beloven waarvan je van tevoren al weet dat ze toch niet gerealiseerd kunnen worden, is kiezersbedrog. En daar pas ik voor. Dat neemt echter niet weg dat ik me verplicht voel om alles uit de kast te halen om zaken die in het belang van onze burgers en bedrijven zijn (en die ook betaald kunnen worden!) te realiseren. Daar mag iedereen mij op aanspreken, ook na de verkiezingen van D.V. 19 maart 2014.
Om geen gras voor de voeten van anderen weg te maaien, geef ik nu de pen door aan de nummer 2 van onze kandidatenlijst, Rien Bruinooge uit Kruiningen.